“Help alstublieft, omdat ik mezelf niet kan bevrijden van de dromen die me achtervolgen. Twee van hen zijn al sinds mijn kindertijd bij mij. In de eerste is er een enorme kamer gevuld met ballonnen. Ik moet er doorheen, maar als ik tussen de ballonnen stap, ze stikken me. Deze droom duidt op ziekte. Aan de andere kant zijn blauwe sparren in de tuin een droom die iets vreugdevols voorafschaduwt. Ik droom ook vaak van een voedzame, zwart geklede vrouw, turend in mijn vraag, wie is, hij zegt: ik ben dood. Deze dromen maken me moe, Ik ben bang om in slaap te vallen.”
Dromen die zich van kinds af aan herhaalden, zoals dromen met ballonnen, ze zijn een uiting van onbewuste angst. In principe hebben alle mensen ze. U kunt niets doen, om er vrij van te zijn. De derde droom is erg poëtisch, het is slechts een herinnering aan de onvermijdelijkheid, dat overkomt ons allemaal. U hoeft zich geen zorgen te maken over deze dromen.